Strippen is de meest bekende spataderbehandeling en wordt al meer dan 100 jaar uitgevoerd. Het is een belastende en pijnlijke ingreep. Steeds meer specialisten geven de voorkeur aan minder belastende behandelingen zoals laseren of sclerocompressie
Hoe ziet de behandeling eruit?
Het strippen van een ader is een pijnlijke ingreep, daarom vindt deze vaak plaats onder narcose of met een ruggenprik. De voorkeur bij een spataderbehandeling gaat uit naar minder belastende behandelopties.
Via een sneetje in uw lies wordt een draad in uw ader aangebracht. Een tweede sneetje in uw knieholte of onderbeen geeft de mogelijkheid om de draad aan de onderkant aan de ader vast te maken. Vervolgens wordt de gehele ader binnenste buiten uit uw been getrokken.
De wondjes worden gehecht (meestal onderhuids) en daarna wordt uw been ingezwachteld om het ontstaan van bloeduitstortingen te beperken. De ingreep duurt ongeveer een half uur. Na zes weken is het resultaat van de ingreep zichtbaar. Het voordeel van strippen is dat ook bij grote, dikke en kronkelige aderen een mooi resultaat kan worden geboekt.
Als aanvullende behandeling kunnen kleinere spataderen met behulp van sclerocompressie worden verwijderd.
De ingreep kan per behandelcentrum enigszins verschillen. Laat u voorafgaand aan de behandeling goed informeren over de behandeling zelf en de nazorg en volg daarom de adviezen op die de behandelend arts u heeft gegeven.
Wat zijn de risico’s van deze behandeling?
Het is verstandig om de eerste 24 uur na de ingreep rustig aan te doen. Bouw in de loop van de dagen uw dagelijkse activiteiten weer op. Gewoonlijk kunt u na een dag of vijf uw gebruikelijke bezigheden weer volledig oppakken met uitzondering van sporten. Wacht hier bij voorkeur een week of twee mee.
Als gevolg van het strippen ontstaan er vaak pijnlijke bloeduitstortingen die pas na enkele weken helemaal verdwenen zijn. Verder complicaties die kunnen optreden zijn een reactie op de narcose, nabloeding of een infectie van de wond(jes). Dit komt gelukkig niet vaak voor.